top of page

Wanneer heeft u recht op een hulpmiddel?

De Zorgverzekeringswet (ZVW)

Elk persoon heeft met de ZVW te maken. De overheid wil verpleging en verzorging thuis dichter bij andere eerstelijnszorg en het sociale domein positioneren met als doel: mensen zo lang mogelijk thuis houden.

Lichte vormen van zorg en ondersteuning dicht bij de mensen bevordert de zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie

en vermindert het beroep op zwaardere vormen van zorg. Goede samenwerking in de wijk met de inzet van verschillende disciplines (zoals maatschappelijk werkers, verpleegkundigen en verzorgenden) maakt het mogelijk het sociale en het medische domein met elkaar te verbinden. In de bekostiging van wijkverpleging wordt ook deelname aan de sociale wijkteams geborgd. Dit betekent dat zorgverzekeraars met gemeenten afspraken moeten maken over de afstemming tussen zorg en maatschappelijke ondersteuning in de wijk. Aangezien Nederland een vereffeningssysteem heeft kunnen zorgverzekeraars mensen die heel erg ziek zijn niet weigeren, bij het aanvragen van een basisverzekering. Een zorgverzekeraar mag wel iemand weigeren bij een aanvraag van een aanvullende verzekering.

 

Voor wie?

Thuiswonenden die verpleging of verzorging nodig hebben, thuiswonenden met een zintuigelijke beperking en mensen met een psychische stoornis in een ggz-instelling.

De Zorgverzekeringswet wordt uitgevoerd door zorgverzekeraars.

 

 

 

De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)

De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) ondersteunt mensen met een beperking om zo lang mogelijk thuis te kunnen blijven wonen. De gemeente biedt daarbij de ondersteuning die ze nodig hebben.Voor elke inwoner heeft de gemeente een ā€˜zak’ met geld. Als u gebruik maakt van WMO kan het zijn dat u een eigen bijdrage moet betallen. Deze eigen bijdrage wordt door het CAK berekend en is persoonsgebonden.

Het bedrag is afhankelijk van het inkomen wat u heeft en de hoeveelheid zorg die u krijgt.

 

 

Voor wie?

  • Mensen met beperkingen (verstandelijk, lichamelijk of psychisch), chronisch zieke mensen, ouderen, mensen met psychosociale problemen.

  • Mensen die beroep moeten doen op maatschappelijke opvang, vrouwenopvang of beschermd wonen.

  • Mensen die hulp nodig hebben op het gebied van begeleiding of dagbesteding

 

De Wet Maatschappelijke Ondersteuning wordt uitgevoerd door gemeenten. Gemeenten mogen voor PGB, algemene- en maatwerkvoorzieningen een eigen bijdrage vragen. Mensen krijgen niet zomaar huishoudelijke hulp, hulpmiddelen of woningaanpassingen (maatwerk voorziening). In een onderzoek, in de praktijk vaak aangeduid met het keukentafelgesprek, wordt besproken waar iemand behoefte aan heeft, welke rol het eigen netwerk kan spelen en welke professionele zorg nodig is. De gemeente besluit uiteindelijk waar ze professionele zorgverleners voor wil en kan inzetten. De gemeente bepaalt door wie de voorzieningen worden geleverd. Gemeente hebben vrijheid in de mate en hoogte van ā€˜vergoedingen’. Dit betekend dat de maximale vergoeding voor woningaanpassing per gemeente verschilt.

Voor een duidelijk overzicht zie "Figuur 1: Schema Wmo".

 

 

 

De Wet Langdurige Zorg (WLZ)

 

De Wet Langdurige Zorg wordt uitgevoerd door zorgaanbieders. Het CIZ bepaalt of iemand toegang heeft tot de WLZ, stelt het zorgprofiel vast en legt dit vast in een indicatiebesluit. De toegang tot de WLZ vindt plaats op zorginhoudelijke criteria en is dus bijvoorbeeld niet afhankelijk van het zorgaanbod van de gemeente. Na het toegangsbesluit maken de cliƫnt en/of zijn vertegenwoordiger afspraken over de zorg met de zorgaanbieder, die worden dan weer vastgelegd in het wettelijk verplichte zorg- of ondersteuningsplan. Het toegangsbesluit van het CIZ is geldig voor onbepaalde tijd.

Betrokkenheid is een belangrijk uitgangspunt in de Wlz. Cliƫnten krijgen meer eigen verantwoordelijkheid, keuzevrijheid en zeggenschap. Zij kunnen zelf hun zorgaanbieder kiezen en (binnen de randvoorwaarden) aangeven hoe en waar ze de zorg het liefst willen ontvangen. Het sociale netwerk van de cliƫnt moet betrokken worden in de zorg. De professionals moeten mantelzorgers en vrijwilligers als gelijkwaardige partners in ondersteuning en zorg zien. Ook moeten zij hen daar zoveel mogelijk bij betrekken, bijvoorbeeld bij de zorgplanbespreking.

 

Voor wie?

  • de WLZ is voor mensen met een blijvende somatische of psychogeriatrische beperking en mensen met blijvende verstandelijke, lichamelijke en/of zintuigelijke beperkingen die:

  • permanent toezicht nodig hebben om escalatie of ernstige nadeel te voorkomen

  • 24 uur per dag zorg in de nabijheid nodig hebben door fysieke problemen of zware regieproblemen

  • GGZ- cliĆ«nten die drie jaar verblijf met behandeling hebben ontvangen vanuit de Zorgverzekeringswet, krijgen daarna toegang tot de WLZ

 

Wat houd de wet in?

Van welke aanspraken de cliƫnt gebruik kan maken, hangt af van zijn individuele wensen, mogelijkheden en behoeften. De aanspraken bestaan uit:

  • verblijf in een instelling

  • persoonlijke verzorging, begeleiding en verpleging

  • behandeling en medische, gedragskundige of paramedische zorg die noodzakelijk is in verband met de aandoening, beperking of handicap

  • algemene behandelingen zoals geneeskundige zorg (niet paramedisch), behandeling van een psychische stoornis, farmaceutische (met betrekking tot geneesmiddelen) en tandheelkundige zorg. (Tenzij cliĆ«nt gebruikt maakt van Volledig Pakket Thuis, Modulair Pakket Thuis of PGB, dan moet een beroep worden gedaan op de ZorgVerzekeringsWet)

  • individueel gebruik van mobiliteitshulpmiddelen

  • vervoer naar de plek waar de cliĆ«nt begeleiding of behandeling ontvangt

 

Voor een duidelijk overzicht zie "Figuur 2: Schema Wlz)

Tekst: (Vilans, 2016)

 

 

 

 

Figuur 1: Schema Wmo

Plaatje: (Rijksoverheid, 2016)

 

Figuur 2: Schema Wlz

Plaatje: (Rijksoverheid, 2016)

Ā© 2016 gemaakt door: Evelien de Boer  @  Wix.com

bottom of page